-
1 introduire
introduire [ẽtrodŵier]3 invoeren ⇒ doorvoeren, ingang doen vinden♦voorbeelden:introduire un montant dans ses comptes • een bedrag op zijn rekening boeken1 binnendringen ⇒ binnensluipen, zich toegang verschaffen3 ingevoerd worden ⇒ aanvaard worden, ingang vinden1. v1) binnenbrengen, binnenleiden2) invoeren3) erin stoppen, erin steken4) introduceren [bij iemand]2. s'introduirev1) binnendringen, binnensluipen -
2 sell
n. verkoop(methode); "programma" (slang)--------v. verkopen; van de hand doen; verhandelen; "verkopen", verraden, overgeven; kopers trekken; oplichtensell1[ sel]————————sell21 verkocht worden ⇒ verkopen, kosten, in de handel zijn3 aanvaard worden ⇒ goedgekeurd worden, populair zijn♦voorbeelden:¶ sell up • zijn zaak sluiten/opheffen→ sell out sell out/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 verkopen ⇒ in voorraad hebben, doen/handelen in; verkwanselen3 overhalen ⇒ warm maken voor, aanpraten♦voorbeelden:1 sell one's soul • zijn ziel verkopen, zich verlagensell off • uitverkopensell at five pounds/at a loss • voor vijf pond/met verlies verkopen→ sell out sell out/ -
3 pass current
algemeen aanvaard worden, gelden -
4 pass
n. pas; stand van zaken; doorgang; slagen bij een examen; doorgeven van een bal; handbeweging--------v. voorbijgaan, passeren; aangeven; slagen; inhalen; goedkeurenpass1[ pa:s] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 passage ⇒ (berg)pas; doorgang, vaargeul♦voorbeelden:it/things had come to such a pass that • het was zo ver gekomen dat————————pass21 (verder) gaan ⇒ (door)lopen, voortgaan2 voorbijgaan ⇒ passeren; voorbijkomen; overgaan, eindigen3 passeren ⇒ er door(heen) (ge)raken/komen6 aanvaard/aangenomen worden ⇒ slagen 〈 voor examen(onderdeel)〉; door de beugel kunnen 〈 grove taal bijvoorbeeld〉10 overgemaakt/overgedragen worden♦voorbeelden:pass from a solid to an oily state • van een vaste in een olieachtige stof overgaanpass to other matters • overgaan naar/tot andere zakenpass on the left • s inhalenpass unnoticed • niet opgemerkt wordeneverything must pass • aan alles moet een einde komenno passing (permitted) • geen doorgangplease, let me pass • mag ik er even langswe are only passing through • we zijn enkel op doorreispass as/for • doorgaan voor, dienen alscome to pass • gebeuren〈 juridisch〉 pass on/upon a constitutional question • een uitspraak doen/vonnis vellen over een grondwettelijke kwestie→ pass away pass away/, pass between pass between/, pass by pass by/, pass into pass into/, pass off pass off/, pass on pass on/, pass out pass out/, pass over pass over/, pass through pass through/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 passeren ⇒ voorbijlopen, voorbijtrekken2 oversteken ⇒ gaan/lopen door, komen over4 goedkeuren ⇒ aanvaarden, bevestigen5 slagen in/voor6 komen door ⇒ aanvaard/bekrachtigd worden door♦voorbeelden:pass the salt • het zout doorgevenpass the word (a)round • vertel het verderpass in • inleverenpass an opinion • een oordeel/idee geven -
5 canonize
v. heilig verklaren, heilige worden; als heilig persoon behandelen, iemand aanbidden; officieel aanvaard makencanonize, canonise[ kænənajz] 〈zelfstandig naamwoord: canonization〉 -
6 through
adj. doorgaand--------adv. door; stap voor stap tot het eind--------prep. door1 doorgaand ⇒ doorlopend, ononderbroken♦voorbeelden:through passengers • passagiers op doorreisthrough train • doorgaande treinno through road • geen doorgaand verkeer————————♦voorbeelden:get through • erdoorheen komen, slagen; weten over te brengenI will put you through • ik zal u doorverbindensee something through • ergens van begin tot eind bijblijven→ be through be through/, come through come through/ etc.————————1 〈 aanduiding van richting, weg of medium; ook figuurlijk〉 (helemaal) door ⇒ via, langs, over, gedurende♦voorbeelden:did my application get through the board? • is mijn aanvraag door de raad aanvaard?seen through a child's eyes • gezien met de ogen van een kindhe peered through his glasses • hij tuurde door zijn brilget through one's exams • slagen voor zijn examenall through his life • gedurende heel zijn levenI could not speak through the noise • ik kon het lawaai niet overstemmenhe remained calm through the whole trial • hij bleef kalm gedurende heel het proceshe stayed through the summer • hij bleef tot het einde van de zomerwe get our information through the papers • we ontvangen onze informatie via de krantenhe spoke through his representative • hij sprak via zijn vertegenwoordiger -
7 algemeen
algemeen1〈 het〉1 [het geheel van een zaak/voorstelling] 〈zie voorbeelden 1〉2 [de mensen] general public♦voorbeelden:1 in het algemeen hebt u gelijk • broadly speaking, you're rightzij zijn in het algemeen betrouwbaar • they are mostly reliablein/over het algemeen • by and large, in general————————algemeen21 [publiek, gemeenschappelijk] public, general ⇒ common2 [voor alle gevallen geldig] general, universal3 [het geheel betreffend] general5 [alledaags, veel voorkomend] common♦voorbeelden:Algemeen Beschaafd Nederlands • Standard Dutchvoor algemeen gebruik • for general usemet algemene instemming • by common consentalgemeen kies-, stemrecht • universal suffragealgemene middelen • public fundsde algemene overtuiging, het algemeen gevoelen • the consensusmet algemene stemmen • unanimouslyop algemeen verzoek • by popular demandhet is algemeen bekend • it is common knowledgeeen algemeen aanvaard feit • a generally accepted factalgemeen beschouwd worden als • be (publicly) known asde Algemene Beschouwingen (over de begroting) • the Budget Debatealgemene onkosten • overheadsalgemene ontwikkeling • general knowledgeeen algemeen overzicht • a general surveyin algemene zin • in a general sensezich te algemeen uitdrukken • make sweeping statements -
8 gangbaarheid
1 [geldigheid] (general) acceptance♦voorbeelden:de gangbaarheid van een uitdrukking • the commonness of an expression -
9 nu
nu1〈 het〉♦voorbeelden:————————nu2〈 bijwoord〉3 [op een bepaald ogenblik; in de toekomst] now4 [met betrekking tot een voorafgaand woord] now♦voorbeelden:ik kan nu niet • I can't (right) nownu meteen • right now, right/straight awaynu nog niet • not yethij komt nu pas aan • he's only just arriving (now)tot nu (toe) • up to now, so farvan nu af aan • from now on(wards)3 wat nu? • what now?, what next?nu en dan • now and then, at times, occasionally4 dit probleem nu moet bij de wortels aangepakt worden • now, this problem must be tackled at the roots————————nu3〈 voegwoord〉♦voorbeelden:1 nu ik dat weet, ben ik gerust • now (that) I know, my mind's at rest————————nu42 [met betrekking tot verbazing/ongeloof] … on earth3 [met betrekking tot onzekerheid] again5 [met betrekking tot ongepastheid] now ⇒ … on earth♦voorbeelden:3 wie komen er nu precies? • who is coming again exactly?4 de mensen zijn nu eenmaal zo • let's face it, that's the way people are5 hoe kun je dat nu doen? • how on earth can you do such a thing?
См. также в других словарях:
Brabanconne — Denkmal für die Brabançonne in Brüssel. La Brabançonne (französisch) bzw. De Brabançonne (niederländisch), zu deutsch „Das Lied von Brabant“, ist der Name der Nationalhymne Belgiens. Faktisch gilt sie seit der Unabhängigkeit des Landes als… … Deutsch Wikipedia
La Brabançonne — Denkmal für die Brabançonne in Brüssel. La Brabançonne (französisch) bzw. De Brabançonne (niederländisch), zu deutsch „Das Lied von Brabant“, ist der Name der Nationalhymne Belgiens. Faktisch gilt sie seit der Unabhängigkeit des Landes als… … Deutsch Wikipedia
Nationalhymne Belgiens — Denkmal für die Brabançonne in Brüssel. La Brabançonne (französisch) bzw. De Brabançonne (niederländisch), zu deutsch „Das Lied von Brabant“, ist der Name der Nationalhymne Belgiens. Faktisch gilt sie seit der Unabhängigkeit des Landes als… … Deutsch Wikipedia
Nationalhymne von Belgien — Denkmal für die Brabançonne in Brüssel. La Brabançonne (französisch) bzw. De Brabançonne (niederländisch), zu deutsch „Das Lied von Brabant“, ist der Name der Nationalhymne Belgiens. Faktisch gilt sie seit der Unabhängigkeit des Landes als… … Deutsch Wikipedia